Pasen 

 

Toen Maria van Magdala
merkte dat de steen voor
het graf weg was,
haastte ze zich naar
Petrus en Johannes.
En ook zij gingen naar
het graf. Johannes
ging naar binnen, hij zag
en geloofde.
 
(naar Johannes 20,1-3.8)

 

 
 
 
 
 
 
 
Ik ben blij
-zegt God-
dat je vandaag het feest
van mijn verrijzenis wilt vieren.
Ik heb je bezig gezien
in de voorbije veertigdagentijd
en gemerkt hoe je hebt volgehouden,
met vallen en opstaan.
Vandaag leg Ik in jou mijn leven
en Ik plaats mijn hart
in het midden van jouw pijn
en jouw droefheid.
Want met Pasen
krijgt het kruis
in het leven van mensen
een hart, mijn hart
-zegt God-
dat klopt van liefde en tederheid.
Het moge je goed gaan,
paasmens!