Achttiende zondag
Toen zijn leerlingen
opmerkten dat ze met
vijf broden en twee vissen
geen vijfduizend mensen
te eten konden geven,
brak Jezus de broden en
liet ze uitdelen totdat
iedereen verzadigd was.
(naar Matteüs 14,17-21)
Ook al is het niet veel
dat je kunt bijdragen
aan het geluk van anderen,
ook al heb je maar
vijf broden en twee vissen,
je mag ze in mijn handen leggen
-zegt God-
Ik wil ze zegenen
en er mijn kracht aan geven,
opdat jij ze kunt uitdelen
aan iedereen die er nood aan heeft
en opdat je kunt ervaren
dat het mensen gelukkig maakt.
Ik wil je er niet toe dwingen,
omdat het iets van jezelf moet zijn,
maar als je je leven
aan Mij durft toevertrouwen,
kan Ik er wonderen mee doen
en de wereld zal er alleen maar
mooier en kleurrijker door worden!
|
Maak jouw eigen website met JouwWeb