Vierde zondag veertigdagentijd

 

                Toen de jongste zoon, die

zijn deel van de erfenis
verkwist had, terug naar
huis kwam, zag zijn vader
hem al in de verte
aankomen.
Snel liep hij op hem toe,
viel hem om de hals en
kuste hem.
 
(naar Lucas 15,14.20)

 

 

Wat je ook gedaan hebt
en welke wegen je ook ingeslagen bent,
als je terug naar 'huis' wilt komen,
weet dan dat Ik op je sta te wachten
en dat je welkom bent bij Mij
-zegt God.
Ik wil je omarmen en liefhebben,
net zoals voorheen,
omdat je mijn kind bent én blijft,
wat er ook gebeurt.
Alhoewel je Mij pijn hebt gedaan
en Mij ontgoocheld hebt, toch
wil Ik je een nieuwe kans geven en
opnieuw een toekomst voor je openen.
Ik wil je laten delen
in de warmte van mijn hart
en Ik hoop dat je ook zelf
barmhartig kunt zijn voor anderen.
Alleen op die manier maak je duidelijk
dat Ik jouw Vader ben!