Een levend woord

 

Elk woord van mensen is een levend woord. Ook het nederigste woord dat door een mens geuit

wordt, is geboren uit een vitale ervaring, en blijft gedragen door de levensadem van wie het uit-

spreekt. Daarom is het elastisch en soepel. Hetzelfde woord kan verschillende schakeringen

uitdrukken en ons op meerder niveaus aanspreken. In de gewone spreektaal en vooral in de

wetenschappelijk vastgelegde taal, roept elk woord slechts een een enkele, beperkte en wel

omschreven betekenis op. Maar op zichzelf is ieder woord van nature grondeloos. Het bezit een

diepgang die slechts geleidelijk aan opgespoord en doorgegeven kan worden.

In de meeste gevallen echter doet die verborgen diepgang weinig ter zake. Duidelijkheidshalve is het

zelfs wenselijk dat de onbewuste ondertonen van het woord zo weinig mogelijk meetrillen. Maar in

andere gevallen geldt precies het omgekeerde. Het woord moet er zijn volle rijkdom terugvinden.

Het vervult zijn taak, men zou kunnen zeggen zijn roeping, slechts dan wanneer het met al zijn

nuances, bewuste en onbewuste, de mens overvalt. De luisteraar moet van onder tot boven door het

woord geïnvesteerd worden, en op alle niveaus van zijn mens-zijn aangeroerd en uitgesproken

worden.

Dit is bij uitstek het geval met de poëzie. In poëzie bereikt ieder woord de volheid van haar

leefkracht. Het is tot barsten toe geladen met de levensadem van een menselijke ervaring, waarvan

het getuigenis aflegt en die aan anderen doorgeeft. Men moet bedenken dat het hier gaat over veel

meer dan over een vertolken en opnemen van begrippen. Het van leven zwangere woord is immers

in staat nieuw leven te verwekken bij ieder die er in stille overgave naar luisteren kan.

De dichter is echt poëet, dit wil zeggen poiètès in de etymologische zin van het woord : schepper. Hij

staat heel dicht bij de Schepper. God schiep door zijn Woord. Elke dichter is ertoe geroepen, in de

volle kracht van elk mensenwoord, Gods schepping te voltrekken in de dingen waarvan hij zingt, of

in de mensen voor wie hij dit doet.

Omdat elk mensenwoord iets met het scheppingswoord te maken heeft, ligt elk gedicht niet ver af

van het gebed. Ieder woord heeft zodoende de roeping om gebed te worden. “Je voudrais aimer si

profondément les mots que chacun me devînt une prièr “ (Pierre Emmanuel). De laatst en rijpste

vrucht van een woord, ver over elk gedicht heen, is ten slotte een gebed.